Participatieorgaan dat sinds 1 april 2005 in elke basis- en secundaire school van het vrij en officieel gesubsidieerd onderwijs aanwezig is. Leerkrachten, ouders en de lokale gemeenschap participeren elk met evenveel vertegenwoordigers in het schoolbeleid. In het secundair onderwijs maken ook de leerlingen deel uit van de schoolraad. De directeur heeft er een raadgevende stem.
De pedagogische, ouder- of leerlingenraad duidt zijn vertegenwoordigers aan in de schoolraad. Waar zo’n deelraad niet bestaat, komen er rechtstreekse verkiezingen. Scholen móéten geen pedagogische raad oprichten, tenzij minstens tien procent van de leerkrachten daarom vraagt. De schoolraad adviseert aan en overlegt met de inrichtende macht.
In het Gemeenschapsonderwijs bestaat de schoolraad al langer (vroeger sprak men van de ‘lokale raad’). Een schoolraad telt er acht leden plus de schooldirectie: drie leden rechtstreeks verkozen door en uit ouders, drie leden rechtstreeks verkozen door en uit personeel, twee leden gecoöpteerd uit sociale, economische en culturele milieus. De voorzitter van de schoolraad wordt verkozen onder de leden of de gecoöpteerde leden. De schoolraad heeft advies- en overlegbevoegdheid en informatierecht over de beslissingen die het schoolleven beïnvloeden.
In Nederland kent men de medezeggenschapsraad.