Binnen het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) kan een leerling zijn opleiding volgen in twee varianten:
- de beroepsopleidende leerweg (bol). In de bol vindt de opleiding hoofdzakelijk op de school plaats, minimaal 20 en maximaal 60 procent van de opleiding vindt plaats in de beroepspraktijk.
- de beroepsbegeleidende leerweg (bbl).
In de bbl-opleiding omvat de beroepspraktijkvorming minimaal 80 procent van de studieduur.